Vernietiging van een erkenning
Home / Overig Familierecht / Vernietiging van een erkenning
Home / Overig Familierecht / Vernietiging van een erkenning
Vernietiging van een erkenning kan uitsluitend worden verzocht als de erkenner niet de biologische vader van het kind is. Dit is vast te stellen aan de hand van DNA-onderzoek.
Het verzoek kan worden ingediend door de erkenner, de moeder, het kind zelf, of het openbaar ministerie (bijvoorbeeld als de erkenning een schijnhandeling was).
Voor alle hiervoor genoemde partijen gelden andere voorwaarden, op grond waarvan de erkenning kan worden vernietigd.
Zo kan de erkenner om de vernietiging verzoeken als blijkt dat hij het kind destijds onder dwang, door bedrog, of door misbruik van omstandigheden heeft erkend. Het verzoek moet door de erkenner worden ingediend binnen één jaar nadat de erkenner het bedrog of de dwaling heeft ontdekt. De moeder kan om vernietiging verzoeken in het geval zij kan aantonen dat haar toestemming tot erkenning destijds heeft plaatsgevonden onder invloed van bedreiging, bedrog, dwaling, of een geestelijke stoornis. Het verzoek moet door de moeder worden ingediend binnen één jaar nadat deze invloed heeft opgehouden te werken.
Voor het kind geldt dat om vernietiging kan worden verzocht als het heeft ingestemd met de erkenning toen hij of zij minderjarig was. (De erkenning kan dus niet vernietigd worden als het kind meerderjarig was toen het toestemming gaf.)
Het verzoek moet door het kind worden ingediend binnen drie jaren nadat het kind bekend is geworden met het feit dat de erkenner vermoedelijk niet de biologische vader is. Als het kind hier achter komt wanneer het minderjarig is, kan het de rechter verzoeken de erkenning te vernietigen tot drie jaar nadat het kind meerderjarig is geworden.
Vernietiging door andere personen dan boven genoemd is overigens niet mogelijk. Zo kan door de verwekker van een kind, dat door een ander dan die verwekker is erkend, geen verzoek tot vernietiging van de erkenning worden ingediend.
In uitzonderingsgevallen kan van de termijn van drie jaar door de rechter afgeweken worden. Hiervan kan sprake zijn als het vasthouden aan die termijn een ongerechtvaardigde inmenging in het familie-en gezinsleven van de meerderjarige oplevert.
Het respect voor het familie- en gezinsleven kan dus met zich meebrengen dat het belang van de biologische en maatschappelijke werkelijkheid prevaleert boven het belang van de strikte hantering van de wettelijke termijn. Dit zal sneller worden aangenomen, indien strikte hantering van de termijn tegen de wens van alle betrokkenen is.
Vernietiging van de erkenning heeft tot gevolg dat de erkenner nooit de vader van het kind is geweest. De situatie zoals die was voor de erkenning keert dan terug. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat het kind de nationaliteit van de vader verliest. Het kind is ook niet langer erfgenaam van de vader.
Heeft u naar aanleiding van dit artikel nog vragen over dit onderwerp? Schroomt u dan niet contact met ons op te nemen. Wij zijn u graag van dienst.