Wij geven je graag een inkijkje in onze praktijk.
Ons kantoor behandelt allerlei soorten zaken; van echtscheidings- tot alimentatie-, omgangs- en afstammingszaken.
In de laatst genoemde categorie deed zich onlangs een hele interessante zaak met een mooie uitspraak voor.
In die zaak stond Marjanne Kroonen een duomoeder bij die al jaren bezig was om samen met haar ex-partner tot overeenstemming te komen over een omgangsregeling met hun dochtertje. De ex-partner werkte niet mee, en ontkende zelfs de positie van onze cliënte ten opzichte van het meisje. Een opstelling die veel emotioneel leed met zich mee bracht. Namens de cliënte is, nadat het niet was gelukt om met de ex-partner in gesprek te raken, de rechtbank verzocht om aan haar vervangende toestemming te verlenen tot erkenning van het inmiddels 5-jarige kind. Een mogelijkheid die pas sinds de wetswijzing van 1 april 2014 onder bepaalde voorwaarden ook voor de duomoeder (en niet alleen maar voor de mannelijke verwekker van een kind) openstaat.
De vervangende toestemming kan worden verleend als dit in het belang is van de minderjarige en zal niet worden verleend als de erkenning de belangen van de moeder bij een ongestoorde verhouding met de minderjarige schaadt of als – kort gezegd – de ontwikkeling van de minderjarige in het gedrang komt.
Onze cliënte gaf aan dat het kindje van meet af aan twee moeders heeft gehad. De moeder waar zij uit is geboren (de ex-partner van cliënte) en onze cliënte. Cliënte heeft samen met haar ex-partner de donor uitgezocht en is ook bij het inseminatie traject in het ziekenhuis betrokken geweest en zij was er bij tijdens de bevalling. De geboorteaangifte werd door onze cliënte gedaan, en zij is met de kleine naar het consultatiebureau geweest en bracht haar naar het kinderdagverblijf.
De ex-partner ontkende in de procedure deze gang van zaken. Voor onze cliënte was dat niet onverwacht, maar wel bijzonder pijnlijk om wederom te moeten horen. De ex-partner bleef van mening dat erkenning door onze cliënte niet het belang van de minderjarige was.
Na de standpunten van beide partijen te hebben gehoord verleende de rechter onze cliënte toestemming om de minderjarige te erkennen. Een uitspraak waarmee niet alleen onze cliënte, maar ook ons kantoor erg blij is.
De rechtbank achtte het van doorslaggevend belang om de juridische werkelijkheid in overeenstemming te brengen met de feitelijke werkelijkheid en die is aldus dat de minderjarige is geboren in een lesbische relatie waarin zij zeer gewenst was. Als de erkenning ten tijde van haar geboorte al tot de wettelijke mogelijkheden had behoord, zouden partijen dat ongetwijfeld hebben gedaan.
Een gunstige, maar vooral ook interessante uitspraak voor de rechtspraktijk!
Sinds de wetswijziging zijn er nog maar weinig uitspraken gedaan en/of gepubliceerd die de relatief nieuwe mogelijkheid van vervangende toestemming tot erkenning voor een duomoeder betreffen. Dit terwijl er toch dagelijks kinderen worden geboren uit lesbische relaties. Dit kan betekenen dat de partner deze kwestie meestal samen oplossen óf dat (ex-) partners niet of onvoldoende op de hoogte zijn van hun rechten in deze.
Wilt u meer weten over dit onderwerp of heeft u vragen over het afstammingsrecht?
Neem dan gerust contact met ons.
Benieuwd naar de volledige uitspraak? Klik hier.
Tegen deze uitspraak is inmiddels hoger beroep ingesteld door de wederpartij.