Eerder schreven wij al over “birdnesting”: een (tijdelijke) zorgregeling die steeds meer in opmars lijkt te komen. De kinderen blijven bij deze (voorlopige) regeling in de gemeenschappelijke woning wonen en de ouders verblijven afwisselend van elkaar in die woning gedurende de momenten wanneer zij de zorg hebben voor de kinderen. De kinderen blijven ‘in het nest’ zitten, de ouders komen om en om naar het nest toe voor de zorg voor de kinderen. De wijze waarop de zorg over de kinderen verdeeld wordt, bepaalt dus wanneer welke ouder in de woning verblijft.
Bird nesting wordt vaak als een ideale tijdelijke oplossing gezien.
Dat deze oplossing echter niet altijd als ideaal wordt beschouwd, blijkt uit een uitspraak van de rechtbank Zeeland West Brabant van 15 oktober 2019.
In deze procedure had de moeder verzocht om het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning en de toevertrouwing van het minderjarige kind aan haar. De vader was het hiermee niet eens en voerde verweer. Hij verzocht de rechtbank om te bepalen dat het minderjarige kind in de echtelijke woning kon blijven wonen, zonder dat zij aan een van haar ouders werd toevertrouwd en een zorgregeling voor beide ouders vast te stellen.
De moeder kon zich niet vinden in dit ‘birdnestingsverzoek’. De moeder voerde o.a. aan dat de verhoudingen tussen de ouders zodanig verstoord waren geraakt dat een birdnestingsregeling niet in het belang van het minderjarige kind was. De vader vertoonde onvoorspelbaar, agressief en paranoïde gedrag en de relatie van partijen was onder druk was komen te staan door zijn gokverslaving, aldus de moeder.
De vader stelde op zijn beurt dat het juist in het belang van het minderjarige kind was dat zij in haar vertrouwde omgeving kon verblijven en de zorg door beide ouders kon worden gecontinueerd. De vader ontkende de aantijgingen van de moeder. Wat de vader betrof zouden de ouders uitvoering kunnen geven aan de door hem voorgestelde birdnesting-regeling en was dit de enige reële optie, omdat de vader geen mogelijkheden had om op korte termijn andere woonruimte te vinden. Als de moeder het uitsluitend gebruik van de woning toegewezen zou krijgen, zou de vader op straat staan. Volgens de vader zou het voor beide partijen, dus ook voor de moeder, mogelijk moeten zijn om bij de uitvoering van de birdnesting-regeling enkele nachten per week bij vrienden op de bank te slapen.
Zoals gebruikelijk is in zaken die over zorg en omgang gaan, gaf de Raad voor de Kinderbescherming tijdens de zitting aan de rechter advies. De Raad adviseerde dat birdnesting in deze zaak niet in het belang van de minderjarige was. Tussen de ouders bestond zoveel verschil van inzicht, onder andere over wat er tijdens het huwelijk was voorgevallen en wie welke rol daarin had, dat dit alleen al een verantwoorde uitvoering van birdnesting in de weg zou staan, aldus de Raad.
Hoe de rechtbank oordeelde?
De rechtbank volgde het advies van de Raad en wees het verzoek van de vader af.
De rechtbank overwoog dat sprake was van een zeer jong minderjarig kind dat vanwege haar jonge leeftijd veel zorg nodig had en voor wie continuïteit en voorspelbaarheid in de verzorging belangrijk waren. De rechtbank overwoog verder, dat de verhouding tussen de ouders op zijn minst gespannen was te noemen, en dat er voor beide ouders onvoldoende mogelijkheden waren om elders te verblijven op de momenten dat een ouder niet de zorg zou hebben voor de minderjarige en niet in de echtelijke woning zou kunnen verblijven. Volgens de rechtbank waren er teveel contra-indicaties voor een geslaagde birdnesting-regeling. Vanuit het belang van het minderjarige kind werd het verzoek van de vader dan ook afgewezen.
Voornoemde uitspraak leert ons dat bird nesting een ideale tijdelijke oplossing kan zijn, maar zeker geen standaard oplossing. Een birdnesting regeling vraagt veel van ouders. Om op een goede manier uitvoering te kunnen geven aan een birdnesting regeling moeten de omstandigheden en de verhoudingen tussen de ouders goed (genoeg) zijn. Dat waren ze in deze situatie duidelijk niet.
Benieuwd naar de volledige uitspraak? Lees hier
Vragen over bird nesting of andere vragen over zorgregelingen? Stel ze gerust via tel. 010-260 3000 of
e-mail: info@kvm-advocaten.nl. Wij helpen u graag op weg.